

Gate
Hindernis:
De poort moet uit een soort van hekwerk bestaan en moet sluiten met behulp van een ring of lus. De poort kan tweemaal gevraagd worden, een in elke richting. Volgens het plan van de omloop de poort voorwaarts of achterwaarts te openen.
Tijdens het uitvoeren van deze oefening mag de rechterhand het poortje niet loslaten.
Er kan een variant gebruikt worden: Het touw, waarbij vooral bij de speedtrail het veiligheidsaspect groter is.
De hindernis moet op de volgende wijze worden genomen:
Het paard galoppeert naar de hindernis en benadert deze de laatste meter in stap (overgang bij de markeringen), waarbij het paard haaks opgesteld wordt, aan de zijkant van het poortje (links of rechts volgens de opening van de poort)
Met de rechterhand opent de ruiter het poortje. Zonder het poortje los te laten, begeeft hij zich naar de andere kant van het poortje.
Wanneer het paard zich volledig aan de andere kant bevindt, mag het paard achterwaarts stappen om het poortje te sluiten.
-Tijdens het uitvoeren van deze oefening mag de rechterhand het poortje niet loslaten.
Speed:
-Er kan een variant gebruikt worden: Het touw of The Rope, waarbij vooral bij de speed trail het veiligheidsaspect groter is. Hierdoor kann men ook sneller door de poort gaan.
Waar moet je op letten:
Het paard mag niet bang zijn van de poort, er tegen aan lopen will wel eens gebeuren, er mag dan geen paniek ontstaan. Het paard moet goed tussen de benen zijn, vooral met door de poort rijden en deze sluiten, dient het buitenbeen voldoende invloed te hebben.
Waar let de jury op:
Bron: Lotje Moerdijk